
De zuivelindustrie in Nederland loopt in de wereld voorop als het gaat om kwaliteit en innovatie. En ook op het gebied van duurzaamheid wordt volop naar Nederland gekeken. In een serie verhalen vertellen zuivelbedrijven zelf hoe ze werken aan het verkleinen van hun ecologische voetafdruk. In de verhalen wordt vooral gekeken naar wat er in de zuivelfabrieken gebeurt.
Deel 4: Vreugdenhil Dairy Foods
Wat komt er ná de stroomkabel?
Bij Vreugdenhil Dairy Foods, een familiebedrijf met een van de grootste melkpoederfabrieken van Nederland, draait alles om verduurzaming van hun productielocaties. Het bedrijf heeft de ambitie om in 2050 CO₂-neutraal te zijn en elektrificatie speelt een cruciale rol om die ambitie waar te kunnen maken. Een extra elektriciteitsaansluiting bij de locatie in Gorinchem leek de oplossing om grote stappen te zetten. “Maar de kabel is slechts het begin. De echte uitdagingen beginnen daarna.”
Van ambitie naar realiteit
Vreugdenhil heeft een ambitieuze duurzaamheidsstrategie uitgestippeld, met als doel in 2030 40% minder CO₂ uit te stoten dan in 2015 en tegen 2050 volledig CO₂-neutraal te kunnen opereren. “De voortgang is zichtbaar, maar niet zonder uitdagingen,” vertelt Gert Hertong, programmamanager CO₂-reductie van Vreugdenhil. “Sinds 2015 gebruiken we uitsluitend groene stroom, een belangrijke stap om onze footprint te verkleinen. In onze fabriek in Barneveld zijn we volledig van het aardgas af, wat direct heeft bijgedragen aan een lagere CO₂-uitstoot.”
Elektrificatie essentiële stap
Bij de fabriek in Gorinchem liggen de grootste uitdagingen, maar ook de grootste kansen. Deze locatie verbruikt het meeste energie door processen die temperaturen tot 200 graden vereisen om melkpoederproducten te maken. Elektrificatie is hier essentieel om uitstoot te reduceren. Hertong: “De aanleg van een nieuwe elektriciteitsaansluiting brengt ons dichter bij ons doel om aardgasgestookte stoomketels te vervangen door warmtepompen die onze restwarmte opwaarderen voor hergebruik en e-boilers. Daarmee besparen we aanzienlijk op CO₂-uitstoot.”
De hybride aanpak – een combinatie van elektrisch en gas – is een praktische tussenoplossing. “Dit systeem geeft ons de flexibiliteit om afhankelijk van kosten en beschikbaarheid tussen elektriciteit en gas te schakelen. Het biedt een duurzame overgang zonder dat het continue proces van productie in gevaar wordt gebracht,” legt Hertong uit.
De realiteit: Wat komt er ná de kabel?
De aanleg van de kabel blijkt slechts het begin en moet de elektriciteit tot in de fabriek leveren “De kosten voor de kabel zijn extreem hoog, en subsidies zijn niet beschikbaar,” zegt Hertong. “We hebben de technische onderzoeken bijna afgerond en de uitvoering vraagt echt forse investeringen. Het voelt soms alsof we dubbel worden gestraft: we betalen CO₂-heffingen en hoge energiebelasting terwijl de overheid de benodigde infrastructuur nog niet volledig operationeel heeft gemaakt.” En zonder de toegang tot stroom, kunnen maatregelen niet worden geïmplementeerd.
Probleem groter dan alleen de kosten
De uitdagingen gaan verder dan alleen kosten. “We moeten onze processen herzien en complexe nieuwe systemen implementeren, zoals lage temperatuur processen zoals filtratieprocessen.” vertelt Hertong. Hoewel het hergebruik van restwarmte een welkome besparing oplevert, is het niet genoeg om aan de volledige energievraag te voldoen.
Doorzetten, ook al is de weg nog lang
Toch blijft de inzet van Vreugdenhil duidelijk. “We willen onze plannen niet alleen op papier zetten, maar ook in de praktijk brengen. De voortgang die we boeken, laat zien dat onze aanpak werkt, ook al hebben we nog een lange weg te gaan.”
Het bredere perspectief: uitdagingen voor de sector
De obstakels van Vreugdenhil staan niet op zichzelf. Veel bedrijven in de zuivelsector lopen tegen hetzelfde aan:
Samenwerken met regionale partners
Om deze obstakels te overwinnen, werkt Vreugdenhil samen met bedrijven in de regio die ook een relatief hoog energieverbruik hebben. “Daarnaast werken we samen met de lokale overheden en Stichting Cluster 6. Ook RVO is ons van dienst met advies en verbindt ons met anderen.”
De toekomst: waterstof als langetermijnoplossing
Terwijl elektrificatie op korte termijn prioriteit heeft, kijkt Vreugdenhil ook naar waterstof als mogelijke energiebron. Hertong ziet waterstof als kansrijk voor processen die hoge temperaturen vereisen. “Als waterstof betaalbaar wordt en de infrastructuur er is, kan het een oplossing zijn voor onze grootste gasbranders,” legt hij uit.
Maar de ontwikkeling van waterstofinfrastructuur gaat in Nederland nog te traag. “We lopen achter op andere landen. De technologie is er, maar de grootschalige beschikbaarheid en betaalbaarheid nog niet. Dit vraagt om een nationaal plan,” benadrukt Hertong. Uiteindelijk zal schaalvergroting tot kostenreductie en inzet van de technieken leiden. Kijk maar naar de inzet van zonnepanelen en elektrische auto’s met de vele laadmogelijkheden. Voor waterstof lijkt een kickstart niet te lukken, waardoor de druk op de elektrische infrastructuur te hoog blijft.
Wat kan de overheid doen?
Om bedrijven zoals Vreugdenhil te helpen hun ambities waar te maken, is steun van de overheid cruciaal. Het bedrijf doet een aantal duidelijke voorstellen:
Samen werken aan een CO₂-neutrale toekomst
“We willen laten zien dat ambitieus zijn loont,” besluit Hertong. “Maar verduurzaming is een gezamenlijke inspanning. Bedrijven, overheden en andere partners moeten samenwerken om de klimaatdoelen te halen. Alleen samen kunnen we een CO₂-neutrale toekomst realiseren.”