Behoud van de biodiversiteit is een van de doelen van de Duurzame Zuivelketen. Om dit doel te behalen zijn er verschillende initiatieven genomen. Zo gebruiken melkveehouders de biodiversiteitsmonitor, geven ze hun vee 100% verantwoorde gecertificeerde soja en werken ze aan een voer-mestkringloop. Melkveehouders kunnen ook een bijdrage leveren aan het behoud van de biodiversiteit door kruidenrijk grasland te bevorderen en door het gras later te maaien.    

Biodiversiteitmonitor 

De biodiversiteitsmonitor is een instrument dat de effecten van een melkveebedrijf op de biodiversiteit in beeld brengt. De monitor houdt rekening met zes factoren: broeikasgassen, landgebruik, milieubelasting, bodemgebruik, onderhoud landschap en soorten beheer. Het instrument is ontwikkeld door de Duurzame Zuivelketen, samen met Royal Friesland Campina, de Rabobank en het Wereld Natuur Fonds (WNF). 
koe graast op nederlandse bodem

100% verantwoorde soja

De Nederlandse melkkoe eet vooral gras en mais van Nederlandse bodem. Soja vormt een klein deel van het rantsoen van de melkkoe. Sinds 2015 maakt gebruikt  de Nederlandse zuivelsector hiervoor uitsluitend gebruik van 100% verantwoord gecertificeerde soja. Dit betekent dat de zuivelsector haar volledige sojagebruik afdekt met certificaten voor verantwoorde soja die voldoen aan de criteria van de Round Table on Responsible Soy (RTRS). RTRS certificeert dat soja zonder ontbossing is geproduceerd.

Melkveehouders mogen alleen voer mogen afnemen van veevoerleveranciers die over voldoende certificaten voor verantwoorde RTRS-soja beschikken. Op deze wijze draagt de zuivelsector bij aan de teelt van verantwoorde soja. Daarmee loopt de Nederlandse zuivelsector voorop bij het gebruik van verantwoorde soja. Dat stellen ook het Wereld Natuur Fonds (WNF), Solidaridad en Natuur&Milieu waarmee voor dit doel is samengewerkt. 

Voer-mestkringloop  

Onder biodiversiteit valt het behoud van alle soorten planten en dieren die thuishoren in het Nederlands landschap. Door zorgvuldig met de biodiversiteit om te gaan krijgen vogels, insecten, maar ook kruiden en bloemen de ruimte.
De melkveehouder kan de biodiversiteit bevorderen door onder andere te werken aan een verbeterde voer-mestkringloop. De mest van de koe is rijk aan vezels en mineralen en zorgt voor een gezond bodemleven. Zo staat alles op de melkveehouderij met elkaar in verbinding. Het gezonde gras wordt gegeten door de koe en vogels eten beestjes die leven in de bodem. Ook op andere manieren kunnen boeren bijdragen aan behoud van de biodiversiteit. Bijvoorbeeld door slootkanten of weilanden later te maaien. Of door plaatselijk het waterpeil in een deel van het weiland te verhogen waardoor plassen ontstaan waar weidevogels op afkomen.
 

Volg ons op:
© Copyright - Nederlandse Zuivel Organisatie - Privacy policy